woensdag 31 maart 2010

Er was een tijd dat mijn wereld bestond uit een zwarte delta.

Wij houden handjes vast. Terwijl wij onze neuzen tegen de ramen drukken. We tekenen gezichtjes in de condens. Het regent buiten. We wisselen van hand. En zitten met onze billen op de verwarming. Kijkend naar de historie. Van besneeuwde bergen tot ongestrikte veters. Maar zodra ik het raam wil openen kletteren reuzachtige regendruppels kapot op mijn juist nog zo zorgeloze gezicht.
Vertel mij maar hoe stom ik ben. Maar smijt mij niet meer uit het raam.

donderdag 25 maart 2010

Genegenheid van mijn affectie.

En mijn verlangen nam de vorm aan van zijn fysiek.

dinsdag 23 maart 2010

Kanker.

Omdat het meer letters heeft dan kut.

dinsdag 16 maart 2010

Toespeling op de beïnvloedbaren.

Domweg gelukkig staar ik mij blind op een bankje in de zon. Rakend in een roes door het felle zonlicht, speelt mijn wijsvinger met een ijsblokje uit mijn pas opgedronken verfrissing. Ik ga niet door. En ik neem hem mee. Naar liggend in de zon. Naar onze voeten op het warme zand. Met het zeewater nog in ons haar. Ik ga door. En ik neem hem mee.

dinsdag 9 maart 2010

Melancholie van de alledag.

De druppels verf zweven. Vallen. En vlekken daarna. Vandaag was een mooie dag.